WAT HOUDT HET IN ALS JE 'ONVEILIG GEHECHT' BENT AAN JE PARTNER?

Verander jij regelmatig in een boze tornado omdat je partner niet aan je behoeftes voldoet, of krijg je het juist Spaans benauwd als hij/zij over zoiets als gevoelens wil praten? Dan zou het zomaar kunnen dat je onveilig gehecht bent. Snappen hoe die dynamiek werkt kan helpen om je relatiegeluk te verhogen.

Laatst ging een Instagram reel viral waarin een man op hilarische wijze de volgende tekst deelde: ‘Als je je down voelt omdat je single bent, bedenk dan maar dat er op dit moment tegen iemand geschreeuwd wordt omdat die de verkeerde soort melk kocht.’

Dit zijn inderdaad precies de momenten waarop vrijgezellen hun handjes dichtknijpen dat ze niet (meer) met dat soort ellende hoeven te dealen. Maar na het lezen van het boek Veilig in de liefde van Julie Menanno weet je: zulke uitbarstingen gaan natuurlijk helemaal niet om het verkeerde pak melk. Ze gaan bijna altijd om de onvervulde behoefte eronder: dat iemand zich niet gezien of gewaardeerd voelt en dat op een niet al te beste manier duidelijk probeert te maken. De persoon die zo reageert is waarschijnlijk onveilig gehecht.

Impact van hechting

Een klein geschiedenislesje. Psychiater John Bowlby ontdekte halverwege de vorige eeuw de impact van de vroege hechting met je ouders (of lees overal: verzorgers) op de rest van je leven. Hij ontwikkelde de hechtingstheorie waarbinnen je veilig, angstig of vermijdend gehecht kunt zijn – inmiddels is daar nog ‘gedesorganiseerd’ bij gekomen.

Relatietherapeut Sue Johnson ontwikkelde in de jaren 90 manieren om door de lens van die hechtingstheorie stellen met relatieproblemen te helpen. Want de ervaringen uit onze jeugd zorgen ervoor dat we nu bepaalde verwachtingen hebben van onze romantische partner én op een bepaalde manier op hem/haar reageren. Niet voor niets start Menanno in haar praktijk altijd met een terugblik op iemands jeugd. Hoe vaak voelde je je angstig of ongezien? Kreeg je hulp bij het begrijpen van je gevoelens? (‘ben je verdrietig lieverd?’) Werden die gevoelens gevalideerd? (‘ik snap dat je je boos voelt’) Geen enkele ouder doet dit altijd goed, maar je ontwikkelt een veilige hechting als je ouders zich 50% van de tijd op een goede manier afstemden op jouw gevoelens. In een minder fijn scenario werd je afgeleid van je gevoelens (‘ah, ga maar even tv kijken’) of erom veroordeeld en mee alleen gelaten (‘als je boos bent, ga je maar naar je kamer’). Menanno raadt overigens wel aan om vooral met compassie naar je ouders te kijken, want waarschijnlijk konden ze niet anders of wisten ze niet beter.

Ben je veilig of onveilig gehecht?

Het boek beschrijft de verschillende hechtingsstijlen uitgebreid. Laten we zeggen dat je de jackpot te pakken hebt als je veilig gehecht bent. In het kort: je weet hoe je een emotionele verbinding met je partner moet aangaan, je voelt je op je gemak bij kwetsbaarheid en je vindt je partners behoeften en wensen belangrijk, en die van jou zijn dat voor de ander. Je voelt je door je partner geliefd, gezien en begrepen en dat ervaar je als een warm, ontspannen gevoel in je lichaam.

De onveilig gehechten ervaren dit allemaal een tikje anders. Overigens benadrukt Menanno dat er is niks ‘mis’ met je is als je onveilig gehecht bent (jullie zijn met velen!). En dat het ook niet betekent dat je per definitie een slechte jeugd hebt gehad of dat je nooit een fijne relatie zult hebben. Deze kennis helpt je simpelweg om jezelf en je relatie beter te begrijpen.

Kinderen zijn angstig gehecht als ze ouders hadden die er niet vaak genoeg voor ze waren. Hierdoor was het kind te weinig met zichzelf bezig, maar vooral met de vraag of de ouders er de volgende keer wel zouden zijn. Omdat hun gevoelens zelden of nooit werden gevalideerd, maakten ze zich zo groot en opvallend mogelijk (woedeaanvallen, aandachttrekkerij). Of ze werden people pleasers en haalden veiligheid uit het blij maken van de mensen om zich heen. Met deze kennis is het helemaal niet zo vreemd dat ze als volwassenen moeite hebben met emotionele of fysieke afstand van hun partner. Ze zien vaak bedreigingen voor de relatie en hebben constant behoefte aan bevestiging. Net als vroeger focussen ze vooral op de ander en dat doen ze door te beschuldigen (‘je hebt nooit tijd voor me!’), bekritiseren of claimen. Ze proberen zo te zorgen dat hun partner wél aan hun behoeftes gaat voldoen, maar vergeten daarbij naar zichzelf te kijken (‘waarom raakt mij dit eigenlijk zo?’), én ze verliezen de behoeftes van hun partner uit het oog. Hun grootste angst is verlaten te worden. Ongeveer 75% van de vrouwen en 25% van de mannen is angstig gehecht.

Bij vermijdend gehechte mensen ligt de verdeling precies andersom. Als kind kregen zij geen emotionele support van hun ouders. En om maar niet het verdriet te hoeven voelen dat er niemand voor ze was, zijn ze hun gevoelens en hechtingsbehoeften gaan wegstoppen. Daarbij hebben deze kinderen nooit de verzekering gekregen dat ze goed zijn zoals ze zijn, waardoor ze vaak hard werken om die erkenning op andere gebieden te krijgen. Mensen kunnen overigens ook vermijdend gehecht raken wanneer een ouder alles van ze wilde weten en ze geen ruimte en privacy kregen. Als volwassene staan vermijdend gehechte mensen nog steeds weinig in contact met de eigen emoties en hechtingsbehoeftes, waardoor ze ook weinig kunnen met die van de partner. Ze zien niet in dat ze zichzelf wel wat minder mogen afsluiten van hun emoties, en vinden vooral hun partner te emotioneel. Een partner die meer nabijheid verlangt duwen ze weg. Falen in de relatie is hun grootste angst, want dat bevestigt het gevoel dat ze nooit goed genoeg zijn. Ook zijn ze bang te worden opgeslokt door de relatie. Dus dealen ze met relatieproblemen door uit de verbinding stappen, afleiding te zoeken, de ander te negeren, in de tegenaanval te gaan, defensief te worden of te rationaliseren. En dan is er nog de gedesorganiseerde hechtingsstijl. Kort gezegd is bij deze mensen alles een tikje heftiger: van hun emoties tot hun angsten. Zij zouden zomaar woedend naar het werk van een partner kunnen rijden om verhaal te halen. Soms zoeken ze nabijheid, dan weer stappen ze juist uit de verbinding. Vaak ligt jeugdtrauma ten grondslag aan deze hechtingsstijl.

Verder lezen? Het volledige artikel vind je in het nieuwste nummer van Marie Claire. Je leest hieronder onder andere hoe combinaties van bepaalde hechtingsstijlen in een negatieve cyclus kunnen komen, maar ook hoe je uit deze cyclus kunt komen. Het modenummer ligt tot en met 13 augustus in de winkel.

2024-07-26T14:11:59Z dg43tfdfdgfd